woensdag 9 februari 2011

Wat is nou eigenlijk beelddenken

Wat is nou eigenlijk beelddenken?

Als er een nieuw wezen op deze aarde komt denkt het maar aan een ding en dat is overleven. Bij dieren zie je dat bijvoorbeeld terug in het meteen opstaan na geboren te zijn. Het oergevoel dat allen staande houdt, of je nou een kalfje bent of een mensenkind.

Dit noemen we officieel het primaire denkproces, wat geregeld wordt vanuit de rechter hersenhelft. Het zorgt er bij een baby voor dat het door het bewegen van armen en benen de ruimte om zich heen verkent en dat het huilt (klanken) als het iets wil. Het overleven heeft dus geen verbinding met taal.

Dat primaire denkproces is fantastisch: het zorgt er voor dat je de wereld intens beleeft, geeft je gevoel voor ritme en ook ruimtelijk inzicht. Het biedt je overzicht, verbeelding en beleving. Groot gevoel voor kleur en dagdromen horen ook bij dit denkproces.

Als het kind de babyfase ontgroeit leert het in woorden denken en ook praten. De factor beredeneren komt dan ook om de hoek kijken. Meestal rond het 3e/4elevensjaar. Dit alles om staande te blijven in de maatschappij. Het draait dan niet meer alleen om overleven. Dit noemen we officieel het secundaire denkproces.

Wat nu eigenlijk jammer is, is dat de meerderheid van de mensen overstapt op het secundaire denkproces, alle mooie eigenschappen van het oerproces loslatend.

Geschat 95% stapt over, maar 5% blijft hoofdzakelijk denken vanuit de rechter hersenhelft. Dit mede gevoed door ons talige onderwijs systeem.
En daar ligt meteen het probleem voor sommige kinderen, en ook volwassen: het onderwijs systeem – maar ook de dagelijks praktijk in het leven is ingericht op mensen die taaldenken, die dus voornamelijk functioneren vanuit hun linker hersenhelft.

Dit zijn mensen die goed beredeneren, informatie opbouwen, kunnen plannen en organiseren. Mensen die geen problemen hebben met tijdsbesef, details, woorden (taal) en nummers (rekenen). Die factoren heb je niet nodig om te overleven.

Leuk voor hun, maar lastig voor mensen die blijven functioneren vanuit die rechter hersenhelft, de beelddenkers.

Rechterhelft denkers vindt je vaak terug in creatieve en technische beroepen, het zijn vaak ICT-ers, kunstenaars, schrijvers, architecten, bouwers, muzikanten etc. Ze zijn emotioneel of spiritueel zeer begaafd.

Ze kunnen 3 dimensionaal denken, omdenken, zien oplossingen waar anderen ze niet zien. Het is ook fantastisch om een beelddenker te zijn. Ze zien de oplossingen al voor zich terwijl ze er nog geen verklaring voor hebben.
Veel beelddenkers redden het wel om ook een balans te vinden met hun linker hersenhelft en de taaldenkende maatschappij.  Echter niet iedereen.

Om school als voorbeeld te nemen:
Bij een beelddenker komen er 32 beelden per seconde binnen – bij een taaldenker 2 a 3 woorden per seconden. Dat betekend dat een beelddenker veel meer moet filteren en dus meer tijd nodig heeft om binnengekomen informatie te verwerken.  Welke info klopt wel en welke niet!

Als voorbeeld een dictee op school: juf zegt het woord HOND. Beelddenkend kind denkt meteen aan dat het gisteren in het bos 2 honden heeft zien vechten. Daarna ging hij met zijn moeder nog een ijsje halen…. Tegen de tijd dat het zover is om het woord op te schrijven is de juf al bij het volgende woord.

Het beelddenkende kind leert vanuit het geheel omdat het 3D kan denken. Dat betekent dat leerstof aanbieden in puzzelstukjes niet echt passend is. Het kind leert namelijk vanuit het geheel (topdown). Omdat het zo goed kan omdenken komt het dan ook vaak op een heel ander eindbeeld terecht dan misschien door de leerkracht bedoel is en ook wordt verwacht. Het onderwijs hier is echter opbouw onderwijs: steeds een puzzelstukje erbij zonder dat je weet hoe de puzzel er uiteindelijk uit komt te zien. De beelddenker wil echter de deksel van de puzzeldoos erbij, zien wat het eindplaatje is. Doordat het vanuit het geheel werkt kan het echter wel gebeuren dat ze de details missen.

Beelddenkers vindt je vaak onder de hoogbegaafden, echte topdown denkers . Ook mensen met de diagnose ADHD en/of ADD zijn vaak beelddenker. Hun hyperactiviteit heeft te maken met hun primaire denkproces van overleven en de intensiteit waarin ze de wereld om zich heen ervaren. Bij ADD draait het dan om dat het plannen en organiseren helaas in de niet favoriete –rechter – hersenhelft plaats vind.

Dyslexie: Omdat beelddenkers letters zien in losse plaatjes kan er een probleem zijn om klanken aan de juiste letters te koppelen. Wat je dan krijgt is het verwarren van de b d p q, die lijken immers zo op elkaar. Vaak blijven ze jaren fonetisch schrijven: een woord schrijven zoals je het uitspreekt. Weet je wel op hoeveel manieren je het woord station kunt schrijven? Stasjon was toch een veel logischere keuze geweest dan station!

Dyscalculie: bij cijfers heb je het probleem dat je getallen anders moet opschrijven dan dat je ze zegt: 25 is toch eigenlijk 5+20? Waarom moet die 2 dan vooraan staan? Als je als beelddenker een echte puzzelaar bent vallen de rekenproblemen vaak nog mee. Anders heb je gewoon pech met dat cijfers zo abstract zijn.

Eigenlijk heeft het beelddenkende kind knap pech dat het in de minderheid is en dat het schoolsysteem op taaldenkers is ingericht.
Het kan hierdoor dus veroordeeld worden tot diagnoses als dyslexie en dyscalculie, terwijl dit veroorzaakt wordt door het systeem.

Bij ADHD en ADD hebben ze dezelfde pech – hyperactiviteit, impulsiviteit voeren niet de boventoon in deze wereld en plannen en organiseren is waar het om draait. Je hebt dus pech dat je interne klok sneller draait dan die van de meerderheid.

Hier is iets aan te doen: het onderwijs kan meer beelddenkers gericht worden – al met wat kleine aanpassingen. Het onderwijs kan ook zorgen dat ze weten wat dit andere denkproces inhoud. Het beelddenkende kind (of de volwassene) kan geleerd worden anders met taal om te gaan, dit om te zetten naar woordbeelden. Voor het beter plannen, informatie verwerken en organisatie probleem zijn er ook oplossingen.

Nog even voor de volwassenen – dit is hoe je een beelddenker de weg wijst: bij de benzinepomp de hoek om, bij het blauwe huis de straat in en dan voorbij de 3 dikke lindebomen.

En wat ben jij eigenlijk: een taaldenker of een beelddenker?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten